vrijdag 26 december 2014

Hondje in kerststal


Uniek: hondje in kerststal

Elk jaar opent tweede kerstdag ‘s middags de Dominicuskerk in Leeuwarden de deuren om iedereen de gelegenheid te geven de kerststal te bekijken. Wat deze fraaie kerststal zo uniek maakt is dat naast de schaapjes, de os en een kameel er ook een zwart hondje bij hoort.


woensdag 24 december 2014

Goudvis in kerstboom


De Leeuwarder Courant vroeg voor de kersteditie foto’s van dierbare kerstballen met een verhaaltje erbij. Ik heb onderstaande foto met verhaaltje ingestuurd. Op pagina 31 van woensdag 24 december staat mijn goudvis en op de web editie ook, daar met het complete verhaal.

 

Uniek: goudvis in kerstboom!

Mijn dierbaarste kerstbal is geen bal!
Mijn dierbaarste kerstversiersel heeft geen gouden, zilveren, rode of groene kleur, het is oranje!
Mijn dierbaarste kerstversiersel is een goudvis!

Zolang ik mij kan herinneren had deze goudvis een prominente plaats in onze kerstboom. Of mijn ouders deze vis in de jaren 40 of begin jaren 50 gekocht hebben of geërfd hebben van hun ouders? Het zal altijd een raadsel blijven. Ik ben in elk geval nog nooit een tweede exemplaar tegengekomen. Ook dit jaar heeft de goudvis weer een ereplaats gekregen in onze kerstboom. Op zijn kop zit een klodder kaarsvet uit de tijd dat er nog echte kaarsjes brandden in de kerstboom. Zonder deze vis is onze boom niet compleet!

 

 

maandag 22 december 2014

MAVO Park Dwingeland deel 2


Herinneringen aan de Christelijke Mavo Park Dwingeland, deel 2.

 
Wat is er veel veranderd in het onderwijs. De rapportcijfers rekende ik nog uit het hoofd uit! Later gebruikte ik een rekenmachientje, en nu hoef je de cijfers alleen nog maar in te voeren. De computer rekent alles uit. Toen schreef ik alle antwoorden met krijt op het bord, nu kun je de antwoorden met de beamer projecteren op het whiteboard. Een uitkomst voor iemand met een slecht handschrift. Toen had ik de beschikking over een bandrecorder, de cassetterecorder was al een hele verbetering. Eén televisie voor de hele school met videorecorder gaf al meer mogelijkheden. Later kreeg elk lokaal een eigen televisie met dvd speler.  Wat moeten mijn lessen in Hoogeveen saai zijn geweest vergeleken met de laatste twee jaren, in een nieuw schoolgebouw, met een eigen i-pad, laptop, beamer en whiteboard. Wat een luxe. De lessen opfleuren met bijvoorbeeld een clipje van Stromaea. Etre en avoir , de getallen leren aan de hand van een leuke clip. Even wat foto’s of een Franse film laten zien, geen probleem! De absenten invoeren op de i-pad, zo gepiept. In Hoogeveen heb ik ongeveer 2 jaar de absentenadministratie gedaan. Ik zat dan het eerste uur in een kantoortje en te laatkomers moesten zich bij mij melden. Ik weet nog dat een leerling als excuus voor het te laat komen zei: ”Mijn wekker wekkert niet meer”.

De volgende herinnering stamt volgens mij uit Hoogeveen, maar er is een kleine kans dat het op mijn eerste school in Sint Anna Parochie was, waar ik een jaar gewerkt heb. Leerlingen aten in de middagpauze in de aula. Ze pakten een bord, mes en vork en waren verplicht hun dubbele boterhammen netjes met mes en vork op te eten. Wij leraren moesten erop toezien dat dit ook zo gebeurde. Het belachelijke was dat wij in de lerarenkamer wel allemaal uit het vuistje aten. Je kunt je voorstellen wat een afwas er elke dag was, alles werd met de hand af gewassen en gedroogd door leerlingen.  

De school beschikte over een intercom, als er een leraar jarig was werd dat omgeroepen.

In het begin zat iedereen nog aan echte ouderwetse schoolbankjes. Toen die werden vervangen heeft mijn nicht, die ook in Hoogeveen woonde ( en er nog woont ) voor haar kinderen een bankje met stoel uitgezocht. Ik weet nog dat ze zei :”Ik heb een keurig bankje uitgezocht, er staat maar één keer kut op”.

Elk lokaal had voor in de klas een fonteintje. Wat heb ik dat fonteintje in Heerenveen gemist, daar moest je voor water naar de toiletten. Mijn fonteintje deed zijn naam eer aan. Als je de kraan open draaide spoot het water omhoog, vaak in het gezicht van een argeloze leerling. Wat een pret hebben we daarmee gehad.

Elk jaar werd de snertfietstocht gehouden. Leerlingen fietsten dan naar de Noordster in Dwingeloo waar ze een kom snert kregen. Ik stond een keer als stempelpost bij het viaduct bij Pesse, een geschikte plek want er kwam een hoosbui en ik kon schuilen onder het viaduct.

Over harde regen gesproken: Ik trof, op weg naar de rapportenvergadering vlak voor de zomervakantie, een harde bui. Omdat ik geen zin had de hele ochtend met die natte rok rond mijn benen te zitten heb ik mijn natte rok uitgedaan en een witte jas uit het scheikundelokaal aangetrokken. Zo kwam ik, grinnikend, het vergaderlokaal binnen. Je zou verwachten dat collega’s er de humor van zouden inzien, maar niemand heeft erop gereageerd.

Er was een fancy fair georganiseerd voor één of ander goed doel. In mijn lokaal kon je sjoelen. Er waren ook bewoners van rondom de school uitgenodigd. In het begin was het nog heel rustig, de leerlingen die hielpen in mijn lokaal stonden ongeduldig te wachten op klandizie. Toen dan eindelijk een paar oudere dames nieuwsgierig het lokaal binnen stapten begonnen de leerlingen heel hard enthousiast te roepen: “Hier moet u zijn, kom hier sjoelen”. Ze maakten zo’n kabaal dat de dametjes snel rechtsomkeer maakten. Ik zie nog de sneue gezichten.

Als er sneeuw lag regende het na de pauze klachten van winkeliers over leerlingen die sneeuwballen naar binnen hadden gegooid. De hevige sneeuwstorm van 14 februari 1979 herinner ik me nog als de dag van gisteren. Het noorden van het land was ingesneeuwd, Hoogeveen ook. Ik heb de conciërge gebeld en hij dacht dat de lessen gewoon  door zouden gaan. Ik heb me lopend door hoge sneeuw naar school geploeterd, waar duidelijk werd dat de lessen niet doorgingen. Er waren leraren die niet in Hoogeveen woonden en die wel gekomen waren maar niet meer naar huis terug konden. Zij hebben bij collega’s gelogeerd. Er was ook iemand, ik weet niet meer wie, die onderweg gestrand was met de auto. De school is de rest van de week gesloten gebleven.
In mijn lokaal hing een schilderij van de Notre Dame. Het hing er al toen ik er kwam werken. Dat schilderij heb ik als herinnering meegenomen, het heeft jaren bij mij thuis in de gang gehangen, nu hangt het op de logeerkamer. In Heerenveen hing een plaat van de Sacré Coeur, ook door een voorganger achtergelaten. Die plaat heb ik bij mijn pensionering ook meegenomen naar huis.

Dit schilderij hing in mijn lokaal in Hoogeveen

Deze plaat heeft altijd in mijn lokaal in Heerenveen gehangen

Deze grote bril droeg ik in Hoogeveen

vrijdag 28 november 2014

Animal Crackers


""Mmmiauwmmm, wat heb ik vandaag zin in parkiet.
Het water loopt me in de mond."
Kaysersberg, Elzas





"Oh, mammie, kijk, pepernoten."
"Knorr, ze komen elk jaar eerder."
Ecomusée Ungersheim, Elzas
 


"Land in zicht!"
Aqua Zoo Leeuwarden



"Coucou, hier ben ik, op het balkon."
Bergdorpje in de Vaucluse, Provence


woensdag 26 november 2014

Grappige dierenfoto's





Sophietje: "Hm, ze hebben hier niet eens poezenboeken."


Gijs: "Owee , kom niet aan mijn thee."



"De blaadjes aan de andere kant van de heg zijn altijd groener."
Ecomusée Ungersheim, Elzas


"Wat ruik ik nu, heb je een nieuw parfum?"
Aqua Zoo Leeuwarden



donderdag 6 november 2014

MAVO Park Dwingeland Hoogeveen


Herinneringen aan de Christelijke MAVO Park Dwingeland te Hoogeveen

 

Begin oktober is het oude schoolgebouw van de voormalige MAVO Park Dwingeland gesloopt. Aanleiding om herinneringen op te halen aan de 4 jaar dat ik hier als lerares Frans gewerkt heb, nl. van 1978 t/m 1982.

Na een jaar als lerares Frans in Sint Anna Parochie te hebben gewerkt, kon ik aan de slag in Hoogeveen. Ik kon aan de Anemoonstraat het appartement betrekken van de lerares biologie die naar elders vertrok. Wat een mooi plekje. Ik was de koning te rijk. Ik woonde 3 hoog op de hoek tegenover het hertenkamp. Vier jaar lang heb ik genoten van het vrije uitzicht en van de herten, bokjes en pauw. Ik bofte ook met de buren. Wat een gezellige portiek.

Op de school moest ik wel wennen. Eigenlijk was ik zelf ook een leerling, je moet het lesgeven in de praktijk onder de knie krijgen. Ik kreeg het eerste lokaal in de gang naast het kantoortje van de directeur, de heer Hagenbeek. Hij had de hinderlijke gewoonte regelmatig voor mijn raam te gaan kijken. Als hij het te rumoerig vond of iets hem niet aanstond tikte hij met zijn trouwring op het raam. Soms liet hij het daar niet bij, dan kwam hij binnen. Hij gaf zelfs kritiek waar de leerlingen bij waren. “Mevrouw Balt, deze leerling maakt fouten in zijn schrift, dat had u toch moeten zien”. Ik werd door hem met u aangesproken, dat vergrootte de afstand en het “standsverschil”. Hij hield mij een keer aan in de gang: “U heeft een vlek in uw rok”, zei hij afkeurend.

Ik herinner mij nog als de dag van gisteren dat ik voor het eerst in de pauze de lerarenkamer binnen kwam. Ik was één van de laatsten, bijna alle plaatsen aan de tafels, die in een U- vorm waren opgesteld, waren al bezet. Er was nog een plaatsje vrij aan het hoofd van de tafel en nietsvermoedend ging ik zitten. Al snel werd ik door de conciërge op de schouder getikt. Of ik deze plaats wilde verlaten, ik was op de plaats van de directeur gaan zitten. Het heeft weken geduurd voor ik mijn eigen plaats gevonden had, iedereen had een vaste plaats en je moest het niet wagen die plek te bezetten.

Na twee jaar ging de heer Hagenbeek met pensioen en liet Dick Hobo een frisse wind waaien door de school. Bij hem stond de deur van zijn kantoor meestal  gastvrij open. Wij werden gelukkig niet meer met u aangesproken, we mochten hem ook tutoyeren. De vaste plaatsen in de lerarenkamer werden afgeschaft. Dick weigerde aan het hoofd van de tafel te gaan zitten. Ik kreeg een ander lokaal in een zijgang naast mijn collega Frans.

De conciërge had als hobby geraniums kweken, de hele gang stond vol bloembakken met geraniums. Dat vond ik erg mooi. 

Als jonge beginnende leerkracht werd ik niet altijd serieus genomen door de collega´s. Zo kreeg ik tijdens één van de eerste ouderspreekuren een moeder bij me die duidelijk te veel gedronken had. Ik rook de drank, ze praatte met dubbele tong. Toen ik dit voorval vertelde tijdens een vergadering bij de nabespreking van het spreekuur werd ik vierkant uitgelachen. Een paar maanden later bleek dat ik gelijk had, moeder was alcoholiste.

Natuurlijk werd er door de leerlingen gespiekt. Ik maakte A en B opgaven, die ze achter mijn rug om snel omwisselden.  Wat was ik trots op mezelf toen ik een jongen betrapte met een briefje op de stoel. “Marcel, kom eens bij me, laat mij eens zien wat jij daar tussen je benen hebt”. De klas kwam niet meer bij van het lachen. Marcel, die heel blond haar had, kwam met een vuurrood hoofd naar voren.

Toen ik een keer een jongen  vroeg het raam open te doen zei hij :”Graag, dan is het wat frisser om de pisser”.

Een dag na het overlijden van paus Paulus in 1978 had een jongen uit Nieuw Balinge zijn huiswerk niet gemaakt :”Ik treur, de paus is gisteren overleden en ik ben Rooms Katholiek”.

Groot was de hilariteit toen een man met hoge nood, uit het zicht van de straat, maar in het volle zicht van de leerlingen tegen een boom ging plassen.

Ik kreeg onverwacht een inspecteur op bezoek. Ik werkte niet altijd met de bandrecorder omdat dat een heel gepruts was. Omdat de inspecteur in de klas zat wilde ik natuurlijk en goede indruk maken. Daarom zei ik terwijl ik de band in het apparaat deed en probeerde het goede fragment te pakken te krijgen: “Nu laat ik jullie, zoals altijd, een stukje horen in het Frans”. Roept een leerling direct: ”dat doet u anders ook niet”. 

Eén van de oudere collega´s was dominee Stoepker van Godsdienst. Een rasechte Amsterdammer. Na een middagpauze verscheen hij niet in zijn klaslokaal. Na een zoektocht door de school werd hij uiteindelijk gevonden in het onderzoekkamertje van de schoolarts. Hij was daar even op de onderzoektafel gaan rusten en was in slaap gevallen. Bij de voorbereiding van het jaarlijkse toneelstuk hielp ik bij de kleding. Dominee Stoepker riep via de omroepinstallatie om :” Degene die meedoen met het toneelstuk kenne na schooltijd de kelere krijge van mevrouw Balt”.

Het laatste jaar op Park Dwingeland gaf ik Frans aan een derde klas met zo´n 15 meisjes en één jongen, René Karst. Aan deze klas heb ik goede herinneringen. Het was gelukkig tijdens een les in deze klas dat de sollicitatiecommissie uit Heerenveen op bezoek kwam.  Mijn les werd goedgekeurd en ik werd aangenomen aan de Christelijke Mavo in Heerenveen. In Hoogeveen liep het aantal leerlingen terug, in Heerenveen kon ik een volledige baan krijgen als lerares Frans en Nederlands. Vanaf augustus 1982 tot augustus 2014 heb ik gewerkt in Heerenveen, de Christelijke MAVO is na een fusie met het Nassaucollege, de Christelijke LTS Heerenveen en de R.K. MAVO en huishoudschool Joure en de Chr. MAVO Wolvega doorgegaan onder de naam Bornego College.








 
 
De voormalige Christelijke MAVO Park Dwingeland aan de Jonkheer de Jongestraat in Hoogeveen vlak voor de sloop.




vrijdag 17 oktober 2014

Ecomusée d'Alsace


Ecomusée Ungersheim

In het zuidwesten van de Elzas, tussen Colmar en Mulhouse, bevindt zich een prachtig openluchtmuseum op het voormalige terrein  (ruim 20 ha ) van een kalimijn. 70 oude woningen en gebouwen uit de Elzas zijn afgebroken en hier weer herbouwd. Het is een gezellig kleurrijk geheel met mooi aangelegde tuinen vol bloemen en huizen met bloembakken vol geraniums. De boerderijdieren zijn ook present. Er worden demonstraties gegeven van oude ambachten, koeien melken, varkens voederen, ossen inspannen. Je kunt een ritje maken  door de bijbehorende velden en bos met een paard en wagen of in een wagen achter een tractor. Je kunt een wandeling maken over een natuurpad langs een grote vijver of een boottochtje maken. Dit alles is bij de prijs inbegrepen. Het museum heeft ook een collectie antieke tractoren. Er is genoeg te zien en te doen om je de hele dag te vermaken. De grote museumwinkel is na afloop ook een bezoekje waard.





donderdag 16 oktober 2014

Elzas


Stadjes aan de Route des Vins in de Elzas

In de Elzas vind je leuke, kleurige, bloemrijke, gezellige stadjes te midden van de wijngaarden. Het ene plaatsje is nog leuker dan het andere. Heerlijk om op je gemak doorheen te slenteren en aansluitend een wandeling door de wijngaarden te maken. Als je de Route des Vins rijdt, kom je alle plaatsjes wel tegen. Met een beetje geluk tref je ooievaars aan op de nesten van de kerktorens. De zon schijnt hier vaker dan in de Vogezen.

Ribeauvillé

Zicht op Riquewihr vanuit de wijngaarden

De drukke hoofdstraat in Riquewihr

De zijstraatjes zijn heel rustig

Kaysersberg waar Albert Schweizer is geboren

Zicht op Turckheim

In Eguisheim is zelfs de school getooid met geraniums

Straatje in Eguisheim

Eguisheim

woensdag 15 oktober 2014

Vogezen


La Route des Crêtes in de Vogezen
Deze prachtige hooggelegen toeristische weg ,die van noord naar zuid loopt, is in 1914 tijdens de Eerste Wereldoorlog aangelegd als strategische route om de Franse troepen te bevoorraden. De weg is in de winter gesloten en vormt dan een groot langlaufgebied. De hoogste berg, die aan deze route ligt, is Le Grand Ballon, 1424m. Een goed beloopbaar pad voert naar de top waar je een mooi uitzicht hebt. Bij helder weer zie je de bergen van het Zwarte Woud en bij zeer helder weer, vooral tegen de avond, de Mont Blanc. In het radarstation is onder de grote witte koepel  een oriëntatietafel gemaakt.
Een andere berg met mooi uitzicht, gelegen aan de Route des Crêtes, is de Hohneck:1364m. Vanaf de hoofdweg gaat een goed berijdbare weg naar de top waar zich een parkeerterrein en hotel/restaurant bevinden .Je kunt hier prachtige wandelingen maken. 
De Ballon d”Alsace, 1247m. ligt  ten zuidwesten van de Route des Crêtes. Op deze berg kun je ook mooi wandelen en heb je ook een fraai uitzicht. Op deze berg staat een standbeeld van Jeanne d’Arc op een paard.
Mooi uitzicht op le Lac de Longemer vanaf La Roche du Diable

Uitzicht vanaf Le Grand Ballon

Vogezen rund.( Vosgienne ), grazend op een helling van Le Honeck 

Op Le Honeck kun je prachtig wandelen

Landschap bij Le Honeck

Het standbeeld van Jeanne d'Arc op Le Ballon d'Alsace 


Wandelpad op Le Ballon d'Alsace

Ezeltje op Le Ballon d'Alsace

donderdag 25 september 2014

Nostalgische kinderboeken


Pietje Puk en Ouwe Bram
 

Als kind was ik gek op de verhalen van Pietje Puk. Als het Pietje Puk hoorspel werd uitgezonden, zat ik aan de radio gekluisterd. Pietje Puk beheert het postkantoor, hij is ook de postbode van het kleine stadje. Hij beleeft allerlei humoristische avonturen en kibbelt, net als Swiebertje, vaak met de veldwachter.  Wat was ik blij met mijn eerste Pietje Puk boekje. Aan iedereen, die het maar horen wilde, vertelde ik dat Pietje Puk de bakker ging helpen, en in plaats van krenten, zoute dropjes in het deeg voor de krentenbollen had gestrooid. Al snel was ik aan het sparen voor een tweede Pietje Puk boek. Een boekje kostte in de tweede helft van de vijftiger jaren ƒ1,95. Nu klinkt het heel weinig, toen was het een heel bedrag waar ik best lang voor sparen moest met 5 cent zakgeld per week. Maar eindelijk was het zover, ik had genoeg geld voor een tweede boekje. Daar stond ik op een zaterdagmiddag met mijn ouders voor de etalage van een boekwinkel. De Pietje Puk boekjes lagen in de etalage. Ze lachten me toe met hun fleurige kaften. Mijn vader raakte opeens helemaal in extase. Niet van de Pietje Puk boekjes, hij ontdekte Ouwe Bram. “Als je nou wat langer doorspaart, kun je Ouwe Bram kopen, dat is een veel mooier boek dan Pietje Puk”. Hij wees me het boek aan. Een saai kaft met een tekening van een wel heel chagrijnige oude man, je zou er bang van worden. Mijn vader bleef aandringen. Als kind had hij Ouwe Bram gelezen, zo’n mooi boek! Het sprak mij totaal niet aan, ik wilde die vrolijke Pietje Puk boekjes lezen. Gelukkig liet mijn vader aan mij de keus en ik kwam dolblij thuis met “Pietje Puk gaat vissen”.

Een paar jaar geleden liep ik over de markt in Groningen en bleef sneupen bij een kraam met tweedehands boeken. Opeens had ik Ouwe Bram van W.G. van de Hulst in handen. Ik zag me weer voor de boekwinkel staan en voelde de teleurstelling van mijn vader dat ik koos voor Pietje Puk. Deze keer heb ik Ouwe Bram wel gekocht, als herinnering aan mijn vader. Ik heb het boek in één adem uitgelezen. Het is het eerste boek geworden van mijn verzameling W.G .van de Hulstboeken. Eigenlijk het tweede want “Van Bob en Bep en Brammetje” had ik al, ik heb het ooit eens van mijn nichtje gekregen. Een poosje later heb ik op een boekenmarkt in Hoogeveen “Jaap Holm en zijn vrinden” op de kop getikt. Mijn liefde voor de W.G. van de Hulstboeken was gewekt. Mijn W.G. van de Hulstboekjes koop ik op de antiekmarkt die tijdens de zomermaanden elke donderdag in Leeuwarden wordt gehouden. Daar staat dan een hele vriendelijke man die voor een hele redelijke prijs de W.G .van de Hulstboekjes te koop aanbiedt. De laatste keer had hij alle boekjes voor 1 euro per stuk! Van de serie “Voor onze kleinen” ontbreekt alleen nog “Het kerstfeest van twee domme kindertjes”.   Van de serie voor de oudere jeugd ontbreken nog zo’n 8 boeken. Er moet ook iets overblijven om op boekenmarkten naar te zoeken. En dan blij thuiskomen met de  gevonden schatten. Heerlijk in de tuin in het zonnetje genieten van de nostalgische tekeningen en verhalen die een goed beeld geven van de tijd tussen 1907 en 1956.




donderdag 14 augustus 2014

Pruimentijd


JANTJE ZAG EENS PRUIMEN HANGEN

 
Jantje zag eens pruimen hangen
O! als eieren zo groot.
’t Scheen, dat Jantje wou gaan plukken,
Schoon zijn vader ’t hem verbood.
Hier is, zei hij, noch mijn vader,
Noch de tuinman, die het ziet:
Aan een boom, zo volgeladen,
Mist men vijf, zes pruimen niet.
Maar ik wil gehoorzaam wezen,
En niet plukken; ik loop heen.
Zou ik om een hand vol pruimen
Ongehoorzaam wezen? Neen!

Voort ging Jantje, maar zijn vader,
Die hem stil beluisterd had,
Kwam hem in het lopen tegen
Vooraan op het middenpad.
Kom mijn Jantje, zei de vader,
Kom mijn kleine hartedief!
Nu zal ik u pruimen plukken,
Nu heeft vader Jantje lief.
Daarop ging Papa aan ’t schudden,
Jantje raapte schielijk op.
Jantje kreeg zijn hoed vol pruimen,
En liep heen op een galop.

 
Hieronymus van Alphen, uit Kleine gedichten voor kinderen, 1779



 
PRUIMENBOMEN MET EEN VERHAAL
 
Mijn moeder droeg het gedichtje over Jantje vaak voor .Ze kon dat, wat mij betrof, niet vaak genoeg doen. Ik vond het een schitterend gedichtje, zo mooi, dat ik als 12-,13-jarig meisje het tafereeltje van Jantje onder de pruimenboom op een lopertje geborduurd heb.
Bij mijn oma stond in de tuin, vlak bij het huis, een oude pruimenboom. Het was feest als de pruimen rijp waren. Door flink te schudden vielen de dikke diepblauwe pruimen naar beneden. Enthousiast raapten we de pruimen op om ze even later in de keuken op te eten. Daar hoorde steevast een verhaal bij, het verhaal van oom Arend en de pruimenboom. Het  verhaal was het leukst als oom Arend het zelf vertelde. Ook al konden we het verhaal dromen, elke keer weer genoten we als oom Arend het op smakelijke, humoristische wijze vertelde. Arend was als kind al gek op pruimen. Hij was dan ook, zodra de pruimen rijp waren, niet bij de pruimenboom weg te slaan. Hij schrok er niet voor terug de boom in te klimmen als de oogst beneden tegen viel. Hij wist, wat pruimen eten betreft, van geen ophouden, en dat liep wel eens verkeerd af. Zoals die keer dat hij groen en geel van ellende in de schoolbank hing, met zulke vreselijke buikkrampen, dat de schoolmeester besloot de kleine Arend op de fiets naar huis te brengen. Door het gehobbel moest hij onderweg overgeven. Thuis volgde een snel bezoek aan de wc. Meester kreeg als dank een kopje koffie aangeboden en bleef nog even zitten praten. Toen meester weer aanstalten maakte om naar school te gaan, er zat per slot van rekening een klas vol leerlingen op hem te wachten, vroegen ze zich opeens af waar Arend toch gebleven was. Hij lag niet boven op bed, was niet in huis. Ze vonden hem in de pruimenboom, hij was alweer opgeknapt en deed zich weer tegoed aan de pruimen.
 

Vorige week vroeg mijn buurman of ik ook van pruimen hield. Hij gaf me een paar kleine blauwe pruimpjes door de heg heen om te proeven. Die smaakten naar meer, heerlijk zoet, klein maar fijn .Ik heb hem een schaaltje gegeven en ik kreeg het vol pruimpjes terug. Smullen geblazen. Fruit en groente uit eigen tuin smaken nog altijd het lekkerst. Aan de pruimenboom van de buurman zit ook een verhaal. Zijn opa heeft in 1920 een pruimenboompje geplant dat is uitgegroeid tot een flinke boom met elk jaar een hoge opbrengst aan kleine blauwe pruimpjes. Zo’n 23 jaar geleden betrok de buurman zijn huidige woning. Hij kreeg van een oom een heel klein pruimenboompje dat hij uit een pit van een pruim van de oude boom van zijn opa had opgekweekt. Deze nakomeling is ondertussen ook weer uitgegroeid tot een fraaie boom met dit jaar een hoge opbrengst aan kleine maar fijne pruimpjes.


Pruimen in de zonnige Provence, in de buurt van Malaucène, als eieren zo groot!